In het venster Programmacode kunt u de volgende navigatietoetsen gebruiken:
| Sneltoetsen | Werking |
|---|---|
| CTRL+F2 | Het invoegpunt verplaatsen naar het vak Object. |
| SHIFT+F2 | Naar de definitie van de geselecteerde procedure gaan. |
| CTRL+PIJL-OMLAAG | De volgende procedure weergeven. |
| CTRL+PIJL-OMHOOG | De vorige procedure weergeven. |
| PGDN | Vooruitbladeren door de procedures in uw programmacode. |
| PGUP | Terugbladeren door de procedures in uw programmacode. |
| CTRL+SHIFT+F2 | Teruggaan naar de laatste positie in de programmacode. |
| CTRL+HOME | Naar het begin van de module gaan. |
| CTRL+END | Naar het einde van de module gaan. |
| CTRL+PIJL-RECHTS | Een woord naar rechts gaan. |
| CTRL+PIJL-LINKS | Een woord naar links gaan. |
| END | Naar het einde van de regel gaan. |
| HOME | Naar het begin van de regel gaan. |
| CTRL+PGDN | Naar het einde van de huidige procedure gaan. |
| CTRL+PGUP | Naar het begin van de huidige procedure gaan. |
| F6 | Schakelen tussen deelvensters van het venster Programmacode (als het venster is gesplitst). |